Life & Art discussieavond oktober 2009:
 

The Ecology of Design: everything is made of something

Deze avond is deel van een serie die V2_ in December vorig jaar is gestart over Life & Art waarmee we het door ons gestelde thema weer een iets andere richting geven. De eerste – TransAgriculture – behandelde de avant-gardening, green guerilla en slow-food bewegingen waar natuurlijkheid werd opgevat als interventietactiek in stedelijke omgevingen. Met deze tweede discussie willen we daar op voortbouwen en tegelijk een aantal zaken met elkaar verbinden.

Vorig jaar bracht Lars Spuybroek een boek uit bij V2_ (The Architecture of Continuity) waarin vergelijkbare thema’s werden behandeld vanuit het perspectief van de architectuur, iets dat we nu willen verbreden naar de kwestie van “design” in haar geheel. Een ander punt is dat we een brug willen slaan naar een symposium/tentoonstelling (in November) onder de titel “Life, no Nature” waarmee we het vitalisme willen bevrijden uit haar benarde historische positie, en meer willen beschouwen in het licht van hedendaagse sociologie en filosofie.

De avond in Oktober is opgezet als een discussieavond waarop verschillende sprekers via een opeenvolgende reeks stellingen (zie de punten 1 t/m 4 hieronder) de problematiek behandelen die we hier vatten onder de titel “The Ecology of Design: everything is made of something”. De punten zijn weliswaar sterk verwant aan de inhoud van het boek van Lars Spuybroek, maar ook weer zo verbreedt dat ze raken aan het onderzoek van de andere sprekers en zich losmaken van de specifieke inhoud van Lars’ architectonische werk. Met nadruk wil hij ook geen eigen werk laten zien, omdat de discussieavond niet bedoeld is om zijn ontwerpen te bespreken maar veelmeer wil werken naar een algemenere ‘ecologie van ontwerp’, met als hoofdstelling:

“Als de (pathetische) natuur zoals we haar kennen van de 19e eeuw voorgoed voorbij is, en als we accepteren dat er geen enkele zuivere natuur is om naar terug te keren, hoe kunnen we dan een wereld van ontworpen relaties voorstellen?”

Deze vraag stelt specifiek het probleem van de esthetiek, een esthetiek die zeker niet alleen geldt voor kunst en architectuur, maar voor alle geobjectiveerde en ontworpen relaties. Hier gaat het dan net zo goed over betrekkingen tussen mensen en mensen als tussen mensen en dingen, bijvoorbeeld zoals we functioneren binnen bedrijven, of zoals we producten maken en verkopen, of zoals we naar elkaar luisteren en beelden laten zien, of zoals we macht uitoefenen. Alle relaties zijn ontworpen relaties en daarmee ook gevoelde en esthetische. De onderstaande stellingen verduidelijken dat argument stapsgewijs (en in het engels, daar er grote kans is dat de discussie in het Engels gevoerd zal worden):

The necessity for an ecology of design is reasoned as follows:

1)  All things are relational, or better, ecological: one the one hand they are vague and atmospheric, on the other patterned. An ecology of design is different than ecological design, but it does acknowledge an ecology of perception (J.J. Gibson), where perception is tentative action, a trying-out, a texture-action relation where the two cannot be separated. A surface is not an image to be seen, it’s an interface that is operational, that has to be acted upon. Interaction means a form of perception that is intrinsically action.
2)    All relations however are felt relations, like animals we shouldn’t distinct between art and life; all is affect and feeling. We see therefore we feel, as Ruskin said, and because we feel we act. So, empathy, sympathy, affect, feeling, einfühlung, all these old aesthetical categories have to be revisited and reevaluated. Design is not making signs anymore, nor language, nor representation, nor mediation. Nothing is mediated or bridged, all is immediate connectivity, without any in-betweens.
3)    All has become a matter of design because relational objects need to be made felt relations, or in Latour’s words, a matter of concern. Now, concern means dealing with problems. So, every object is part of a field of problems, something to be worked on or taken care of. Matters of concern become matters of care, elaboration or treatment. Aesthetics is a sense of care, and all design the articulation of a problem or a set of problems (there are no white walls anymore – nothing is pure, and everything is made of something), as much as creating a feeling relation. By the way, design is the articulation of a problem, not the ‘solving’ of it.
4)    All relations that are felt and ecological are explicitly not ’natural’ relations. Ruskin tried very hard to reintroduce nature in design, as in the classic notion of the Picturesque. Lars refers to a ‘radicalization’ of the picturesque in his book: felt relations, ie. relations of empathy, are relations of forming ‘living patterns’ between beings and things that are animate as much as inanimate, natural as much as technological. So, going beyond Modernist abstraction and autonomy doesn’t mean going back to naturalist empathy, it tries to establish a nonorganic empathy, a merging of abstraction and empathy. Owen Jones and Wilhelm Worringer tried to move from nature to a broader concept of life, and from natural forms to the notion of pattern.

Programma

The Ecology of Design: everything is made of something
Planning: lengte ongeveer 2 uur + pauze van 15 min.

Avondprogramma op 6 of 13 oktober vanaf 19:30 uur

  1. Henk Oosterling introductie van 20 min.
  2. Interview van Henk met Lars van 20 min.
  3. Pauze van 15 min.
  4. Respondent Siebe Thissen – 15 min
  5. Respondent Caroline van Eck – 15 min
  6. Ronde tafel gesprek van 30 min
  7. Vragen publiek 30 min.